Daar is ie weer! De seizoenale artikelselectie om de meest in het oog springende wetenschappelijk-psychiatrische publicaties van Lente 2019 in sneltreinvaart met jullie door te nemen. Bij deze de selectie met interessante artikelen die in deze periode uitkwamen met een globale beschrijving en een link naar het artikel zelf. Wil je de maandelijkse artikelselectie per e-mail krijgen, schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief. Heb je een suggestie voor een artikel, lees je iets interessants in de krant, via een app of op je tablet, e-mail ons dan zodat wij het artikel op kunnen nemen in onze lijst! Veel leesplezier.
Twee populatiecohortstudies maken voorheen bestaande zorgen om bijwerkingen ten gevolge van additie van aripiprazol aan een ander antipsychoticum kleiner:
– Een studie uitgevoerd door Canadezen en Fransen vond bij 1643 patiënten die switchen naar of additie ontvingen van aripiprazol geen aanwijzingen voor toename in suïcidaliteit of automutilatie (JAMA Psychiatry).
– Een Scandinavische studie (N=60 duizend schizofreniepatiënten) vond dat polyfarmacie antipsychotica in het algemeen minder risico geeft op heropnames dan monotherapie (ongeveer 10% minder kans); de combinatie van clozapine en aripiprazol gaf zelfs 20% minder kans op heropnames dan de beste monotherapie, clozapine (JAMA Psychiatry).
Een indrukwekkende studie vindt in verschillende populaties een associatie tussen het darmmicrobioom (vooral: verminderde aanwezigheid van Coprococcus) en depressieve stoornis, ook na correctie voor gebruik van antidepressiva (N=1000 discovery en N=1000 replicatie; Nature Microbiology).
De grootste genetische studie naar depressie ooit (N=250 duizend patiënten als discovery; N=400 duizend in replicatie; bij elkaar bijna twee miljoen participanten) vond 87 gerepliceerde genetische varianten, die wijzen op synaptische structuren en neurotransmissie als belangrijkste pathways betrokken bij de aandoening; de prefrontale cortex werd als de meest betrokken anatomische regio aangewezen op basis van de bevindingen (Nature Neuroscience).
Ondanks alle negatieve aandacht voor haldol in de behandeling en preventie van delier laat een recente netwerk meta-analyse zien (N=2 duizend patiënten) dat de OR voor behandeling van haldol en lorazepam het meest effectief is (OR op remissie van 2.8 t.o.v. placebo) terwijl in de preventie van delier ramelteon (OR 0.07 op optreden van delier) effectief lijkt (JAMA Psychiatry)
Onder 2000 adolescenten vond een Britse dat luchtvervuiling deels de associatie tussen urbaniciteit en psychose verklaart (JAMA Psychiatry).
Een netwerkmeta-analyse vond dat individuele CGT gelijke effecten geeft als andere vormen (zoals groep- en internet-) in de behandeling van acute depressie (N=15 duizend; JAMA Psychiatry).
De zoveelste publicatie van een negatieve trial van een middel dat zowel preklinisch als in mensen amyloid-betaproductie vermindert is een feit, dit keer van verubecestat (N=1545 patiënten met Alzheimerprodromen; NEJM).
Een Amerikaanse databasestudie vond dat amfetamine een hoger risico op psychose geeft dan methylfenidaat (N=350 duizend adolescenten; NEJM).
Blootstelling van de moeder aan pesticiden rondom de geboorte is geassocieerd met een licht tot matig verhoogd risico op autisme: rond de OR van 1.15 voor autisme en rond de OR van 1.2 voor autisme met verlaagd IQ (N=3000 patiënten met autisme; BMJ).
Een maandelijks depot buprenorfine voor opioideafhankelijkheid bleek effectief in patiënten met een stoornis in het gebruik van een opioide: de abstinentieduur was 40% in gebruikers van dit middel vs. 5% in gebruikers van placebo (N=665; The Lancet).
Een meta-analyse toont aan dat voor de behandeling van GAS duloxetine, pregabaline, venlafaxine en escitalopram het meest effectief zijn (N=25 duizend patiënten; The Lancet).
Een systematische review laat zien dat in anti-NMDAR encefalitis de meest voorkomende psychiatrische verschijnselen de volgende zijn: gedrag (68%), psychose (67%), stemming (47%), katatonie (30%) en slaapstoornissen (21%; N=505 patiënten; The Lancet Psychiatry).
Een review van een DJP-redactielid beschrijft hoe de klinische psychiatrie kan profiteren van studies die genetische overlap tussen aandoeningen bestuderen, nl. op de gebieden van diagnostiek, prognostiek en behandeling (British Journal of Psychiatry).
In de grootste en langste studie naar deze behandeling bij anorexia nervosa werd gevonden dat olanzapine het BMI met 0.3 punt doet stijgen vs placebo o punten, een statistisch significant verschil; op psychologische eindpunten werd geen gunstig effect gezien (N=152; American Journal of Psychiatry).
Een grote meta-analyse vond dat individuele lifestyle-interventies voor verschillende gezondheidseindpunten in patiënten met schizofrenie het meest effectief zijn van de onderzochte interventies, zoals topiramaat en aripiprazol (N=47 duizend; World Psychiatry).