Waarom dit onderzoek?
Suïcidale ideaties en suïcidaal gedrag zijn geassocieerd met psychiatrische stoornissen, met name met depressie (1). Uit onderzoek blijkt 59–87% van de mensen die overleden door suïcide bekend waren met depressie (2,3). Desondanks is er weinig bekend over hoe suïcidale symptomen, residuele depressieve symptomen en recidivering van een depressieve episode over de tijd met elkaar samenhangen. Het is onduidelijk of suïcidale ideaties tijdens herstel onderdeel zijn van residuele depressieve symptomen of juist onafhankelijk hiervan gezien moeten worden (4–6). Het is relevant dit te onderzoeken omdat 80% van de mensen met depressie gemiddeld vijf depressieve episoden doormaken gedurende hun leven en met elke nieuwe episode, neemt het risico op suïcidale ideaties en suïcide toe (7).
Onderzoeksvraag
Hoe verhouden suïcidale symptomen zich tot residuele depressieve symptomen en terugval?
Hoe werd dit onderzocht?
Deelnemers werden gedurende 2.5 jaar gevolgd. Middels cox regressie werd gekeken of de aanwezigheid van suïcidale ideaties tijdens herstel voorspellend was voor terugval. Ook werd via een mixed model analyse gekeken hoe suïcidale en depressieve symptomen over de tijd met elkaar samenhingen. Suïcidale symptomen werden op twee verschillende manieren gemeten; met de IDS-SR30 (zelf invul vragenlijst) en HDRS17 (ingevuld door een clinicus).
Belangrijkste resultaten
Dit onderzoek laat zien dat zelf-gerapporteerde suïcidale ideaties tijdens herstel voorspelbaar waren voor terugval. Verder werd een klinisch relevant verschil gevonden tussen zelf-gerapporteerde suïcidale symptomen en suïcidale symptomen die gescoord waren door een clinicus. Zelf-gerapporteerde suïcidale symptomen waren namelijk bijna vier keer zo hoog tijdens inclusie; 27.9% (IDS-SR30) versus 6.9% (HDRS17). De ernst van suïcidale en depressieve symptomen hingen met elkaar samen in het beloop van de ziekte.
Klinische implicatie
Onze resultaten laten zien dat het belangrijk is om ook tijdens remissie aandacht te hebben voor suïcidale ideaties, omdat deze kunnen persisteren tijdens remissie, samenhangen met terugval en in verband met de risicotaxatie. Hierbij is het aangewezen om suïcidale ideaties zowel met een zelf-invul vragenlijst te meten als door een clinicus.
Besproken artikel
Caroline B.B.C.M. Heuschen CBBCM, Mocking RJT, Zantvoord JB, et al. Suicidal ideation in remitted major depressive disorder predicts recurrence. Journal of Psychiatric Research. 2022;151:65-72. doi: 10.1016/j.jpsychires.2022.04.005
Referenties
1. Baldessarini RJ, Tondo L. Suicidal Risks in 12 DSM-5 Psychiatric Disorders. J Affect Disord. 2020;271.
2. Cavanagh JTO, Carson AJ, Sharpe M, Laure SM. Psychological autopsy studies of suicide: a systemic review. Psychol Med. 2003;33(3):395–405.
3. Dong M, Zeng LN, Lu L, Li XH, Ungvari GS, Ng CH, et al. Prevalence of suicide attempt in individuals with major depressive disorder: A meta-analysis of observational surveys. Psychol Med. 2019;49(10).
4. Madsen T, Buttenschøn HN, Uher R, Behrendt-Møller I, Perroud N, Maier W, et al. Trajectories of suicidal ideation during 12 weeks of escitalopram or nortriptyline antidepressant treatment among 811 patients with major depressive disorder. J Clin Psychiatry. 2019;
5. Oquendo MA, Baca-Garcia E. Suicidal behavior disorder as a diagnostic entity in the DSM-5 classification system: Advantages outweigh limitations. World Psychiatry. 2014;13(2):128–30.
6. Pompili M. Critical appraisal of major depression with suicidal ideation. Ann Gen Psychiatry [Internet]. 2019;18(1):1–5. Available from: https://doi.org/10.1186/s12991-019-0232-8
7. Bhagwagar Z, Cowen PJ. “It’s not over when it’s over”: Persistent neurobiological abnormalities in recovered depressed patients. Psychological Medicine. 2008. p. 307-13.