Daar is ie weer! De maandelijkse artikelselectie om de meest in het oog springende wetenschappelijk-psychiatrische publicaties van Juni en Augustus 2017 in sneltreinvaart met jullie door te nemen. Bij deze de selectie met interessante artikelen die in deze periode uitkwamen met een globale beschrijving en een link naar het artikel zelf. Wil je de maandelijkse artikelselectie per e-mail krijgen, schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief. Heb je een suggestie voor een artikel, lees je iets interessants in de krant, via een app of op je tablet, e-mail ons dan zodat wij het artikel op kunnen nemen in onze lijst! Veel leesplezier.
Voor kinderen en adolescenten zijn SSRI’s en SNRI’s effectiever in het behandelen van angststoornissen (g=0.56) en OCD (g=0.39) dan van depressieve stoornissen (g=0.2), hoewel alle drie beter waren dan placebo, zo concludeerde een meta-analyse (N=6.778 deelnemers; JAMA Psychiatry).
Lithium in drinkwater verlaagt het risico op dementie, zo vond een Deense epidemiologische studie, maar het verband was niet lineair en confounding factoren kunnen niet worden uitgesloten (N=73.000 patiënten met dementie en 733.000 controles; JAMA Psychiatry).
Een cohortstudie uit Hong Kong vond dat de meeste gevallen van suïcide voorafgaan aan de start met methylfenidaat, hetgeen pleit tegen een causale relatie tussen methylfenidaat en suïcide (N=25.600 patiënten behandeld met methylfenidaat; JAMA Psychiatry).
In volwassenen met eetbuienstoornis bleek lisdexamfetamine na 6 maanden effectiever dan placebo in het reduceren van terugval (4% vs 37%; N=418 patiënten: JAMA Psychiatry).
Het invoeren van een extra bijdrage voor geestelijke gezondheidszorg in 2012 in Nederland zorgde voor minder psychiatrische zorg in armere buurten en meer gedwongen opnames (N=1.4 miljoen behandeldossiers; JAMA Psychiatry).
Een consensusartikel over het gebruik van ketamine, beveelt dit middel vooral aan voor gebruik in klinische trials en waarschuwt voor met name gedrags- en cardiovasculaire bijwerkingen (JAMA).
Patiënten die niet reageerden op een antidepressivum bleken op additie met aripiprazole vaker remissie te bereiken (in 29% van de gevallen van deze additie) dan de switch- (22%) en bupropionaugmentatie- (27%) groepen; zij bereikten ook vaker respons (74%) dan beide groepen (62% respectievelijk 66%); er traden echter vaker vervelende bijwerkingen op bij gebruik van aripiprazole (N=1137 patiënten met depressie; JAMA).
Voor patiënten ouder dan 60 jaar met een manische, hypomanische of gemengde episode werden lithium en valproïnezuur redelijk goed verdragen; lithium bleek iets effectiever na 9 weken (N=214 patiënten ouder dan 60 jaar; American Journal of Psychiatry).
Een nieuwe populatiestudie bevestigt dat clozapine geassocieerd is met lagere sterfte en toont aan dat het middel met minder zelfbeschadigend gedrag is geassocieerd (N=2.370 patiënten met clozapine; American Journal of Psychiatry).
MIN-101, een middel met affiniteit voor de sigma-2- en 5-HT2A receptoren, bleek effectief in het reduceren van negatieve symptomen bij patiënten met schizofrenie (N=244) ten opzichte van placebo (American Journal of Psychiatry).
Een mega-analyse maakt het onwaarschijnlijk dat citalopram en paroxetine vooral hun effect sorteren doordat patiënten door ervaren bijwerkingen denken dat ze niet een placebo slikken maar het actieve middel, o.a. omdat de auteurs geen associatie vonden tussen ernst van bijwerkingen en respons (Molecular Psychiatry; open access).
Transcranial Direct-Current Stimulatie (tDCS) was niet effectiever dan escitalopram in de behandeling van depressie en bleek geassocieerd met meer bijwerkingen, zoals manie (N=245, NEJM).